In het startvak heerst een gezellige nervositeit. Ik sta vlak bij een toiletcabine en die wordt tot het laatste moment zeer druk bezocht! Overigens een van de uitingen die ik de hele dag zal tegenkomen van de geweldige organisatie. In tegenstelling tot alles wat wij van Italianen vinden kunnen ze een evenement als dit fantastisch organiseren. Een vrijwel autovrij parcours, enorme hoeveelheden verkeersregelaars, geweldig uitgerust verzorgingsposten en een echt finishdorp. |
Langzaam zien we de activiteit toenemen. In de verte cirkelen helikopters boven de plaats waar de wedstrijdrijders vertrekken. Het lawaai is tot hier hoorbaar en de start is daardoor te volgen. Direct wordt het in ons vak al onrustiger maar toch duurt het dan nog 40 minuten voor wij in beweging komen. Eindelijk om 6.40 gonst de beweging door ons vak en begint het bekende schuifelen, steppen, peddelen maar al gauw wordt er gefietst. We zijn onderweg! |
Vanuit de start wordt er onmiddellijk tempo gemaakt. Ik sluit aan bij een grote groep uit Forli, een nabij gelegen stad. Mooie, Italiaans verzorgde tenues, fietsen en renners van alle leeftijden. Maar vooral rijden ze een lekker tempo waardoor ik achteraan in herstel mee kan fietsen en toch een gemiddelde van 36 km/hr kan rijden. |
|
Helaas is de pret in eerste instantie al na 40 minuten voorbij. Er volgt een haakse bocht naar links maar met rotonde. Om niet af te wijken van mijn lijn neem ik de buitenbocht en verlies het contact met de groep. Snel doe ik een paar slagen extra om weer aan te haken. Bij het passeren van een van de andere deelnemer schrikt deze, valt en hoe het precies gekomen is blijft onduidelijk maar 100m verder sta ik stil met een gebroken spaak in het achterwiel. |
De Italiaan kan na verzorging met een kleine schaafwond verder maar ik sta met een (te) grote slag in mijn wiel stil. Enorme groepen rijders passeren me terwijl ik sta te wachten op hulp. Eerst veel kleur uit mijn eigen vak (oranje) gevolgd door groen uit het laatste vak. Van alle kleuren achterblijvers, toeristen, ongetrainde en ludieke rijders tot de weg leeg is. Inmiddels is de mecanicien gearriveerd en herstelt mijn fiets. Provisorisch want de juiste spaak is niet voorradig. Maar terwijl de bezemwagen achter mij stopt kan ik eindelijk na 45 min wachten verder. Ik ben nu echt de allerlaatste in koers en wat is nu wijsheid. |
Ik besluit maar om lekker te gaan fietsen. Het is inmiddels aangenaam warm geworden en het parcours is prachtig. Bij het splitsingspunt van de 200 en 130 km kan ik altijd nog besluiten wat te doen. Die twijfel is binnen een half uur weg want al snel begin ik steeds grotere groepen in te halen. Is het de adrenaline van de pech of is de vorm goed. Ik vlieg! |
Mijn grootste probleem is het inhalen van de andere rijders op de (over-) volle en smalle wegen. Waarom rijden de langzame klimmers toch altijd zo ver naar links? Toch lukt het om het tempo er goed in te houden. Tijdens de beklimming van de Monte Pugliano haal ik de voorlaatste rijder van onze groep in. Hans en ik blijken achteraf minder als 10 minuten verschil in afgelegde tijd te gebruiken alleen ligt hij door mijn pech een uur voor. Die zie ik pas bij de finish weer terug. |
|
:: Na het fietsen geniet Ger de Heus op een terras in de zon van Italiaans ijs. Meer valt er niet te wensen.
|
Heel bijzonder is de klim en passage van de Barbotto. Twee dagen eerder nog opgenomen in de Giro en het is duidelijk waarom. De laatste kilometer stijgt de weg met 18%. Om de rijders te ondersteunen staat boven een speaker – entertainer die je al in het dal kunt horen. Sommige mensen worden naar boeven geschreeuwd door hem. Ook de Gerolo is als slotklim nog een pittige beklimming vooral door zijn onregelmatigheid. De kilometers gaan tellen en na elke bocht denk je er te zijn. En telkens volgt er dan weer een gemeen steil stukje. |
Dan volgt alleen nog de lange afdaling naar de boulevard van Cesenatico. Renners verzamelen en al snel rijden we met een groep van 10 man tegen de wind met een fors tempo richting finish. Het opdraaien van de boulevard is een ervaring op zichzelf. Hier staat al veel publiek te applaudisseren en in de verte zien we de triomfbogen. Ongetwijfeld blijven staan na de Giro etappe die hier eindigde maar ons gevoel is er niet minder om. Ook hier een echte speaker die ons welkom heet, het omhangen van de medaille en deelnemen aan de pasta party maken het feest compleet. Misschien volgend jaar weer. 207 km, 3.834 hm in 8 hr en 8”. De test voor la Marmotte is zonder meer geslaagd. |
De rest van de week wordt er met de mannen lekker getoerd langs diverse mooie routes in de omgeving van Portico. Het hotel serveert ons de lekkerste pasta’s die we ons kunnen wensen en op wat wind na hebben we het mooiste weer dat een renner zich kan wensen. Droog en warm. Op donderdag begeven Hans en ik ons nog naar Novafeltria voor een bijzondere ronde. Slechts 70 km maar dat is na een week in deze heuvels voor mij genoeg want de energie is op. Dat we deze ronde toch gaan rijden komt omdat we door en over Carpegna gaan rijden, de trainingsberg van Pantani. |
Een moordende klim van slechts 6 km maar wel stevig steil. Geen idee hoe het rijdt als je fris en fit bent maar vandaag is het gewoon een klein verzetje en naar boven peddelen. Meer zit er niet meer in. Geeft niets want dat biedt mij de kans om alle memorabilia te bekijken en te fotograferen. Elke paar honderd meter staat een er een stuk Pantani monument. Routeborden, Pantani-slogans, opgeblazen krantenartikelen, metalen kunstwerken en op de top een immense foto van il Pirata. Een eerbetoon van de streek van een helaas veel te vroeg gestorven renner die hier een ware volksheld is. Voor ons nuchtere noorderlingen moeilijk te bevatten dat maar het is prachtig om te zien. |
Op vrijdag trakteren we onszelf eindelijk op het welverdiende ijs. Een korte herstelrit en dan rest nog slechts het inpakken en terugrijden naar Nederland. Een fantastische week Toscane zit er alweer op. |
Website: Meer Ger de Heus |
|