Johan Vermeule:
Nadat ik in 2013 met veel plezier deelnam aan het Bergop-programma, ontbrak het me achteraf gezien aan de noodzakelijke kennis van het Franse parcours en speelde de warmte me op het moment suprême ongelofelijk parten. Bovendien was ik overmoedig en nam ik te veel tijd tijdens de ravitaillering.
Tijdens m’n eerste poging kreeg ik bij de beklimming van Alpe d’Huez, enkele kilometers voor de finish kramp zoals ik die nog nooit van m’n leven had ervaren. M’n bovenbeenspieren trokken pijnlijk samen en ik kwam volledig geparkeerd te staan. Met hangen en wurgen kwam ik uiteindelijk boven, ruim op tijd voor zilver maar 10 minuten te laat voor goud. Dat voelde als een nederlaag en dus moest ik dit jaar terug naar Bourg d’Oisans om dat recht te zetten.
Nadat ik in eind september 2013 hard onderuit was gegaan, kon ik in januari de trainingen weer serieus hervatten. De opbouw, d.m.v. duurtraining in combinatie met krachttraining, ging gelukkig snel en in april kreeg ik de eerste signalen dat ik op de goeie weg was. Tijdens Amstel Gold verraste ik mezelf en voelde me de hele dag beresterk.
In mei reed ik in 7 dagen ‘een rondje Benelux’ met een club vrienden. Een mooie trainingsmoment, waarbij Camiel me de opdracht gaf de eerste dagen vooral rustig te fietsen - volledig tegen de aard van het beestje in, dat het liefst vanaf de start meteen meedoet. Door me te beheersen en m’n krachten te verdelen voelde ik me toch steeds beter worden.
In juni reed ik over een afstand van 220 km tussen Utrecht en Hulst uren lang intervalletjes. En toen ik later die maand ook nog van het parkoers af raakte tijdens de Jan Jansen Classic had ik bij de finish weer 236 op de teller staan. Ik ging steeds gemakkelijker rijden.
Toch maakte de angst, om tijdens La Marmotte opnieuw met kramp geconfronteerd te worden, me enigszins onzeker. ‘ Het is ook wel logisch’, vertelde Adrie me, ‘de piekkrachten die je ontwikkelt tijdens een dergelijke inspanning zijn immers veel groter dan die waar je op het vlak aan gewend bent. Neem daarbij nog het lagere beentempo en de warmte, en je begrijpt dat je lichaam moeite heeft met de bloedtoevoer en het vocht verlies zodat je makkelijk kramp kunt krijgen’.
‘ Wat zou ik kunnen doen om de kans te verkleinen?’, vroeg ik hem.
‘ Goed blijven eten en drinken helpt zeker, maar helemaal uitsluiten kun je het niet’ , was zijn response. Toen we daar wat verder op ingingen werd het me wederom duidelijk hoe belangrijk het is om veel te drinken. Daar wringt bij mij vaak de schoen. ‘ Probeer eens een andere sportdrank, of het minder zoete Fantomalt’, was zijn advies, ‘ en doe een klein beetje zout in je bidon, neem wat magnesium, en stop zo snel mogelijk met koffie drinken. Zorg dat je regelmatig eet, beter in kleine hoeveelheden dan alles in een keer. Bedenk dat je maag en darmen bloed nodig hebben voor het verteringsproces, terwijl jij je beenspieren constant op spanning houdt’.
Met die adviezen en Camiels herhaalde boodschap om ook eiwitten als voedingsbron niet uit het oog te verliezen, ging ik verder aan de slag. Alles voor het grote doel, desnoods zout in de bidon, gatver..
Op dinsdagavond 1 juli kwamen we in Bourg d’Oisans aan. Woensdag getraind met Marmotte-veteraan Frank Thoolen op Alpe d’Huez. Dat was goed voor het zelfvertrouwen. Donderdag rustig de Galibier op gereden om een beetje te wennen aan presteren op 2600 meter. Vrijdag in aanloop naar de grote dag nog een rustige training op het vlak gedaan. Een rustdag zoals velen doen heeft voor mij een averechts effect.
Zaterdagmorgen stond ik in alle vroegte op om rond 6:30 uur aan de start te staan. Om 7.07 uur kon ik eindelijk vertrekken om revanche te nemen en een prestatie neer te zetten die me al twee jaar bezig hield.
Maar deze keer was het anders, nu wist ik wat me te wachten stond en dat ik opnieuw geconfronteerd zou worden met mezelf. Deze keer stond ik stond er niet van te kijken dat er gesprint werd om zo snel mogelijk bij de Glandon te komen. Ik sloot aan bij een passerend groepje en liet me mee voeren naar de eerste beklimming. Terwijl ik door massa’s mensen voorbij werd gereden probeerde ik snel m’n ritme te pakken te krijgen. Als nooit tevoren realiseerde ik me dat de prijzen pas aan de finish uitgereikt worden.
Op de top van de Glandon moest ik stoppen om m’n bidons opnieuw te vullen. Wat was hier aan de hand ? Twee grote bidons leeg gedronken, nog wel met de magisch zouttoevoeging. De afdaling lag er nat bij en hoewel hij vanwege het gevaar is geneutraliseerd waren er toch weer mensen die het voor elkaar kregen om hard in het talud terecht te komen.
Op het ‘vlakke’ deel van Sainte Ettienne de Cuines naar Saint Michel de Maurienne kwam ik in een groep terecht die voor mij eigenlijk wat te hard reden. Ik vroeg me af of ik deze sneltrein moest laten gaan of aan moest klampen. Het ging te hard maar het schoot ook wel lekker op, ik besloot te blijven zitten en het tijdsvoordeel pakken. Tijdens de beklimming van de Col du Telegraphe werd het warmer en werd ik me er opnieuw van bewust dat ik moest blijven eten en drinken. Ik probeerde het ritme goed vast te houden en de inspanning zo geleidelijk mogelijk te laten zijn. Inmiddels begon ik zelf wat mensen voorbij te rijden. Ook de beklimming van de Galibier ging voorspoedig en met een geleidelijke tred vond ik de weg naar boven.
In de afdaling van Col du Lautaret naar Freney d’ Oisans, waar ons hotel stond, gaf ik flink gas. Bij het hotel had ik deze keer minder dan 5 minuten nodig voor de ravitaillering. Eten, drinken verse bidons en weg wezen, op naar de Angstgegner, op naar Alpe d’Huez.
Rustig aan beginnen, ik had met Frank getest, zonder af te stappen kon ik in een heel rustig tempo in 1.20 uur makkelijk naar boven, ik had tijd genoeg … hoewel dat in 2013 niet anders was…
Eten, drinken, eten, drinken…, maar het verse bidonnetje smaakte me bij deze inspanning en een temperatuur van boven de 30 graden allerminst. Misschien een tikje te veel zout gebruikt, m’n maag draaide zich zowat om. No way ! Uitkieperen die handel en water drinken dan maar… Wie bedenkt ook zoiets ?
In een stevig tempo reed ik met een korte stop Alpe d’Huez op, geen spoor van kramp te bekennen. In de laatste kilometers voelde ik dat ik nog over had en ik besloot wat harder te gaan rijden. Na de laatste bocht gaf ik nog meer gas en sprintte door het dorp naar de finish. 8.19 uur, meer dan 50 minuten beter dan vorig jaar. Ik was ongelofelijk blij, en stond er weer versteld dat ik tot zo’n prestatie in staat was, geweldig! Zelfs als ik me 10 jaar in leeftijd zou hebben vergist, had ik in de categorie 40-49 dik goud gehaald.
Enfin, de valkuil is nu natuurlijk dat ik weer eens overmoedig word en denk dat het nog harder kan.
Volgend jaar misschien nog eens proberen?
Eerst maar eens met thuis overleggen en de jongens van WebTrainer bedanken - Camiel, Richard, Adrie – voor hun ondersteuning de trainingsschema’s, adviezen en morele support. En natuurlijk ook Frank bedanken, m’n trainingsmaatje, die me als doorgewinterde Marmottetier de geheimen van deze fantastische uitdaging heeft helpen ontdekken en, en passant, zelf wederom een gouden rit reed. Dank ook aan alle andere sportvrienden met wie ik deze passie deel.
|